De daklozenopvang is geen plek voor kinderen

In Nederland zijn steeds meer kinderen dakloos. Inmiddels wonen ruim 8.500 kinderen tijdelijk in een daklozen- of vrouwenopvang. Sinds 2011, toen er 7.133 kinderen in een crisisopvang woonden, is dit aantal met maar liefst 19 procent gestegen. Dat betekent dat er in de omgeving van bijna iedere Nederlander wel een kind is dat zoiets meemaakt of heeft meegemaakt.

Onze droom is dat geen enkel kind in Nederland meer naar een daklozenopvang of blijf-van-mijn-lijfhuis hoeft. Tot het zover is, wil Kinderpostzegels ervoor zorgen dat ze zich er beter thuis voelen en dat er goede begeleiding voor ze is. Dat doen we bijvoorbeeld met onze projecten als de Warm Welkom Tas en Huisje Boompje Beestje.

Te weinig aandacht

Meer dan 4000 kinderen wonen in een tehuis voor daklozen en ruim 4.500 kinderen verblijven met hun moeder, broertjes en zusjes in een vrouwenopvang. Per jaar. Dat betekent dat verschrikkelijk veel kinderen vaak hun eigen huis uit vluchten omdat het er niet meer veilig is, of omdat ze geen huis meer hebben. Die opvanglocaties zijn niet gemaakt voor kinderen. Ze hebben er geen eigen kamer en geen privacy, er is vaak nauwelijks speelgoed, ze mogen vaak hun vriendjes niet meenemen en ook niet zonder toezicht buiten spelen. De begeleiding is gericht op de volwassenen. Voor de kinderen is meestal te weinig aandacht.

Dat moet anders. Kinderpostzegels helpt deze kinderen die moeilijke periode zo goed mogelijk doorkomen en een nieuwe start te maken.

Fietsen door de gang

Leyla (16) zat met haar moeder in de opvang: ‘Het leek op een gevangenis; een hoge flat van veertien verdiepingen met van binnen overal sloten. Veel vrouwen zaten de hele dag binnen. De begeleiding regelde nooit een uitje voor de kleine kinderen. Er was een park achter de flat, maar er werd nooit buiten gespeeld. Een keer zouden we naar de kinderboerderij gaan. Iedereen had zich daarop verheugd, maar opeens ging het niet door. Toen gingen de kinderen maar heen en weer fietsen en rennen op de lange gang. Wel zielig eigenlijk.’

Niets is voor altijd

In het boek Niets is voor altijd komen de kinderen zoals Leyla nu eens zelf aan het woord. Voordat ze in de opvang terechtkomen, hebben deze kinderen gemiddeld zeven nare levensgebeurtenissen meegemaakt. Een op de drie heeft zelfs last van een posttraumatische stressstoornis. Vaak moesten ze vluchten voor huiselijk geweld en ze zien dat hun moeder het moeilijk heeft. De opvang is dan een veilige plek om even op adem te komen.

Het verblijf in de opvang is dan wel tijdelijk, de meeste kinderen zitten er toch negen maanden tot een jaar. Dat betekent dat ze naar een andere school moeten en hun vriendjes kwijt zijn. Daarom is het zo belangrijk dat ze goede begeleiding krijgen en tot rust kunnen komen. Daarnaast is het belangrijk dat hun tijdelijke huis een prettige plek is waar ze kunnen spelen en de begeleiding krijgen die ze nodig hebben.

Warm Welkom Tas

Kinderpostzegels heeft daarom de Warm Welkom Tas samengesteld. Dat is een rugzak of koffertje met handige en leuke spulletjes zoals een dekentje, een puzzel, een (strip)boekje en een knuffel. Ook zit er een kaartje bij van Dirk Scheele, Freek Vonk of zangeres Anouk. Zij geven de kids in de opvang het gevoel dat ze óók belangrijk zijn.

Huisje Boompje Beestje

Om ervoor te zorgen dat de opvanglocatie een prettige plek is waar ze goed kunt spelen, is Kinderpostzegels gestart met Huisje Boompje Beestje. Daarmee willen we natuur in het leven van de kinderen brengen, bijvoorbeeld door een natuurspeeltuin aan te leggen, planten en kruiden te planten en er dieren te houden. Onderzoek toont aan dat natuur en dieren een positief effect hebben op het zelfvertrouwen van deze kinderen. Het vermindert stress en maakt dat ze beter kunnen omgaan met hun problemen.