Het verhaal van... Liban

"Ik wil dokter worden, zodat ik mensen kan redden."

Liban (10 jaar)

 

Hoe gaat het met je in coronatijd?

‘Ik blijf zoveel mogelijk thuis. Ik ben bang voor corona, want er zijn familieleden aan overleden. Daar ben ik erg verdrietig van. En omdat ik bang ben, blijf ik zoveel mogelijk thuis. Het is jammer dat ik familie in het buitenland maar ook in Nederland niet kan zien. We bellen wel vaak en ze sturen dingen via de post. Familie is belangrijk voor mij. Mijn moeder is thuis en mijn vader werkt in een voedselfabriek. Vroeger werkte hij bij een taartenwinkel. Hij kan lekkere taarten maken.’

Hoe was thuisonderwijs voor jou?

‘Online les vond ik jammer omdat ik mijn vrienden niet kon zien. Om de dag ging ik met hen bellen, zodat we konden praten. Het leuke aan thuisonderwijs vond ik wel dat ik gewoon kon eten en drinken en als ik klaar was lekker een spelletje kon spelen. Ik woon in een flat. We zijn met elf kinderen, maar de oudsten hebben al een eigen huis. Ze wonen dichtbij dus ik kan makkelijk naar hen toe. Ik deel een slaapkamer met mijn twee broertjes en mocht daarom in de woonkamer de les volgen. De kleine kinderen moesten dan in een andere kamer. Het fijnst was dat we al snel in twee helften naar school mochten. Dat was superleuk, met een kleinere groep. We speelden vaak bussetrap, een soort verstoppertje.’

Wat wil je later worden?

‘Ik voetbal elke dag, mijn vader gaat vaak met mij mee om me te trainen. We trainen alle posities: van keeper, spits, verdediger en middenvelder. Ik vind het heel leuk, maar wil liever dokter worden. Op een dag kwam dat in mijn hoofd. Elke dag denk ik erover. Ik wil opereren, mensen redden als ze bijna dood gaan. En als ik dan geld heb, ga ik dat aan andere landen geven. Mijn zus studeert ook voor dokter. Ik doe daarom goed mijn best op school. Voor de taaltoets had ik als enige van de hele klas een 10. En voor de vorige rekentoets had ik ook een 10.’

Wat helpt jou in deze moeilijke tijd?

‘Ik red me wel. Ik geloof in mezelf, wat er ook gebeurt. Als we een spelletje spelen waarbij ik geluk moet hebben, dan heb ik geluk. Dat geeft me steun.’